Vergroen je dak

Je ziet ze steeds vaker opduiken: groene daken op schuurtjes, tuinhuisjes, kippenhokken, garages, overkappingen, aanbouwen of zelfs hele huizen. Goed voor de natuur én het leefklimaat. Misschien ook iets voor jou? Groendakadviseur Grad van Heck geeft uitleg en tips. 

Tot begin deze eeuw was een groen dak iets voor grote bedrijven. Of voor geitenwollensokkentypes, die vreemd werden bekeken als ze een met gras begroeid schuurtje in hun tuin hadden. Maar sinds een jaar of vijftien weten steeds meer mensen de weg naar een groen dak te vinden. De voornaamste reden: toenemende zorgen over het klimaat.
“Het aanleggen van een groen dak is een relatief gemakkelijke manier om bij te dragen aan de vergroening van je omgeving”, zegt adviseur Grad van Heck van Groendak bv. “De voordelen zijn legio: de plantjes vangen regenwater op, zodat het niet rechtstreeks in het riool verdwijnt. Ze helpen de temperatuur te reguleren, dempen geluid en halen fijnstof uit de lucht. En een groen dak trekt insecten en vogels aan. Als het om een klein oppervlak gaat, kun je de aanleg trouwens gemakkelijk zelf doen. Je koopt de spullen daarvoor online en hoeft die alleen nog maar op het dak te leggen. Voor grotere daken kun je de hulp van professionele groendakdekkers inschakelen.”
Behalve voordelen voor de natuur hebben mensen ook profijt van een groen dak. In de zomer wordt het daaronder namelijk gemiddeld vijf graden minder warm. Best prettig in een slaapkamer of bijkeuken die snel oververhit raakt. In de winter helpt zo’n dak juist de warmte binnen te houden. Omdat de plantjes de dakbedekking beschermen, gaat die bovendien tot wel drie keer langer mee. En niet onbelangrijk: het is goed voor ons gemoed. Want hoe meer groen om ons heen, hoe gelukkiger we zijn. 

Zwaarder dan je denkt
Mensen denken vaak dat alleen volledig platte daken geschikt zijn om te beplanten. Een misverstand, aldus Grad van Heck, die al meer dan dertig jaar groene daken aanlegt. “Eigenlijk kun je alle vlakke, schuine en hellende daken vergroenen”, zegt hij. “Tot een hellingshoek van ongeveer 10° blijven de lagen door het gewicht uit zichzelf goed liggen. Daarboven moet je extra voorzieningen treffen om te voorkomen dat de groenbedekking gaat schuiven. Denk aan rasters waar je de matten met plantjes op vastzet. Voor daken met dakpannen bestaan er zelfs de speciale groendakpannen.”
Belangrijk is wel dat een dak voldoende sterk is om het gewicht van beplanting te dragen. Inclusief voedingslaag is die namelijk zwaarder dan veel mensen denken. De lichtste en daarom meest gebruikte variant met sedum (vetplantjes) weegt per m² tussen de 40 en 100 kilo. Ter vergelijk: het gewicht van dakgrind is zo’n 75 kg per m². Een dak met grind kun je dus meestal probleemloos door sedum vervangen. Andere vormen van beplanting worden al snel veel zwaarder, omdat ze een dikkere voedingsbodem nodig hebben om te kunnen groeien. (Zie kader.) Daar moet je dak dan dus wel op berekend zijn.
“Mensen denken vaak dat als je op een dak kunt staan, het ook het gewicht van sedumbeplanting kan dragen”, aldus Grad van Heck. “Maar zo simpel is het niet. Als je over een dak loopt, wordt dat kortdurend belast. Een groen dak daarentegen oefent constante druk uit. Daar is meer draagkracht voor nodig. Die berekenen is niet altijd even makkelijk. Daarvoor moet je kijken naar de lengte en dikte van de balken onder de dakbedekking. Soms kun je die van binnenuit zien. Zo niet, dan moet je een inschatting maken op basis van de bouw en de leeftijd van het huis. Een ervaren professional kan dat aan de hand van goede foto’s voor je doen. Ook belangrijk: de dakbedekking moet waterdicht en niet te oud zijn, in ieder geval niet meer dan twintig jaar. Is die ouder, dan is de kans op lekkage groter.”

Vijf lagen
De meest gebruikte groene dakbedekking is dus sedum: een mix van vetplantjes, die van nature voorkomen op het noordelijk halfrond. Er zijn wel zo’n 350 soorten, maar slechts een klein deel — een stuk of tien — is geschikt als dakbedekking. “De plantjes moeten extreme omstandigheden kunnen weerstaan”, legt Grad van Heck uit. “In de zomer kan het op een dak bijvoorbeeld wel 70 graden worden. Verder is het belangrijk dat ze ondiep wortelen, een lange levensduur hebben en zichzelf voortplanten. Geschikte soorten zijn bijvoorbeeld muurpeper, steenbreek, hemelsleutel, vetkruid en huislook. De meeste bloeien in het voorjaar, gemiddeld zo’n vijf tot zes weken per soort.”
Voor een groen dak gebruik je matten met daarin een mix van sedumplantjes, die je gemakkelijk op je dak kunt uitrollen. De aanleg kan het hele jaar door. Overigens komt daar nog wel iets meer bij kijken. Meestal bestaat een groen dak uit vijf lagen: een beschermlaag, een laag drainageplaten (die voldoende water voor de plantjes vasthouden en overtollig water afvoeren), een filterlaag (die voorkomt dat voedingskorrels in de drainagelaag terechtkomen), een laag met voedingskorrels (officiële naam: substraat) en tot slot een laag beplanting. Op een plat dak is verder geen bevestiging nodig. Als je het zelf aanlegt, ben je voor alle lagen samen ongeveer 40 euro per m² kwijt.
Grad van Heck drukt lezers op het hart om vooral niet op de onderlagen te bezuinigingen. Die zijn namelijk bepalend voor het succes. “We zien bijvoorbeeld regelmatig dat mensen steenwol gebruiken in plaats van drainageplaten. Maar omdat daar geen lucht onderdoor kan, blijft het vaak te nat en gaan wortels snel rotten.”
Nog een tip: leg sedummatten niet helemaal tot de rand van het dak, maar maak er een randje omheen van grind of olivijn (herbruikbare korrels die CO2 uit de lucht halen). Zo voorkom je dat de plantjes onder de dakrand doorgroeien en daar lekkage veroorzaken, of de waterafvoer verstoppen.

Onderhoud
Een sedumdak is zo goed als onverwoestbaar. De plantjes zijn weerbarstig en zaaien zichzelf gemakkelijk uit. Zelfs na een periode van lange droogte of vorst zullen ze bijna altijd weer opkomen. Maar dat wil niet zeggen dat een groen dak helemaal onderhoudsvrij is. “Het belangrijkste is dat je één of twee keer per jaar het onkruid tussen de plantjes verwijdert”, besluit Grad van Heck. “Daarmee houden ze boven en onder de grond de ruimte die ze nodig hebben. Als je op het sedumdak uitkijkt en de aanblik dus belangrijk is, kun je er eens per jaar speciale voerkorrels op strooien om de plantjes een boost te geven. Met dezelfde reden kun je ze in tijden van droogte af en toe sproeien. Op die manier houd je tientallen jaren plezier van je groene dak.”
Groendak bv in Scherpenzeel heeft elke eerste vrijdag en zaterdag van de maand open huis. Op afspraak kun je dan verschillende varianten van groene daken bekijken en al je vragen stellen. Ook organiseren ze regelmatig workshops over de aanleg van een groendak. Meer informatie: groendak.nl. 

[Kader]
TIPS

  • Leg een sedumrol in een oud laken en pak het bij de punten vast. Dat maakt het makkelijker om hem omhoog te tillen, zonder dat de rol uit elkaar valt. 
  • Op groenesubsidiewijzer.verbeterjehuis.nl van Milieucentraal kun je checken of jouw gemeente subsidie geeft voor het vergroenen van je tuin.
  • Behalve sedum kun je ook allerlei andere beplanting op je dak aanbrengen. Let op: daarvoor heb je een dikkere voedingsbodem nodig en moet het dak dus meestal (veel) meer gewicht kunnen dragen.
    • Een natuurdak sluit zo goed mogelijk aan bij de oorspronkelijke natuur en de biodiversiteit van de omgeving. Je kunt bijvoorbeeld kiezen voor wilde bloemen uit Nederland, 
    • Een turfdak kenmerkt zich door lange, ruige grassen. Voordeel: pas bij een dakhelling van meer dan 30° heb je een steunframe nodig.
    • Op een energiedak breng je beplanting aan rondom of tussen je zonnepanelen. Die verlaagt de temperatuur op het dak en zorgt zo voor 9 tot 16 procent meer opbrengst van de zonnepanelen. 

[Kader]

Uit de praktijk
Afgelopen zomer legde Ilse (45) samen met haar man Frits (49) een groen dak aan op hun Utrechtse tuinschuurtje.
“Nu grijp ik mijn kans, dacht ik, toen we op zoek moesten naar een nieuw schuurtje. Ik droomde al langer van een groen dak, want hoe meer tuin, hoe beter. Zeker in de stad! Op internet vergeleek ik verschillende aanbieders van groene dakbedekking. Uiteindelijk kozen we voor een kant-en-klaar totaalpakket van 12 m², dat keurig werd thuisbezorgd. De aanleg viel ons reuze mee; de zakken voedingskorrels — groendaksubstraat — waren nog het zwaarst. Toen we de sedummatten uitrolden, was ik  blij verrast door de grote variatie in plantjes, met verschillende hoogtes en kleuren. Door de volle begroeiing leek het meteen of het dak er al jaren lag.
We waren nog maar net klaar, toen de eerste bijen zich aandienden. En niet lang daarna de vogels. Zo leuk! Als ik nu vanuit huis of de tuin naar het dak kijk — voor beter zicht hebben we met opzet voor een licht hellend dak gekozen — word ik iedere keer weer blij. Ik kan niet wachten tot de plantjes in het voorjaar gaan bloeien. En mooi meegenomen: dankzij de subsidieregeling van de gemeente Utrecht, kregen we de helft van het aankoopbedrag terug.”