12 vragen over artrose

Meer dan een miljoen Nederlanders hebben gewrichtspijn door artrose. Vaak worden ze bang om te bewegen. Terwijl het juist zo belangrijk is om dat wél te blijven doen, aldus orthopedisch chirurg Sjoerd Bulstra. 

1. Wat is artrose?
Orthopedisch chirurg Sjoerd Bulstra, hoofd van afdeling orthopedie van het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG): “Een gewricht is een scharnierverbinding tussen twee botten. Je knie, heup, schouder en elleboog bijvoorbeeld. Maar je vindt gewrichten op veel meer plekken in je lichaam, zoals in je nek, rug, handen en voeten. De uiteinden van de botten die in het gewricht samenkomen, zijn bedekt met een laagje kraakbeen. Bij veroudering wordt het kraakbeen dunner en stugger. Daardoor bewegen de botten in het gewricht minder soepel langs elkaar, met mogelijk pijn en stijfheid tot gevolg. Dit natuurlijke proces kan versnellen of verergeren door schade aan een gewricht. Denk aan gescheurde enkel- of kniebanden, of een kapotte meniscus in de knie. Hoe dunner en stugger het kraakbeen is, hoe groter de kans op letsel.”

2. Is het een vorm van reuma?
“Als het in de volksmond over reuma gaat, bedoelt men meestal reumatoïde artritis. Dat is iets anders dan artrose. Bij reumatische aandoeningen is er sprake van een chronische ontsteking van gewrichten. Bij artrose is dat niet het geval. Wel kan het aangedane gewricht bij artrose kortdurend acuut ontsteken, bijvoorbeeld na een verzwikking. Maar met ontstekingsremmende pijnstillers ben je daar meestal binnen twee weken vanaf.” 

3. Komt artrose veel voor?
“Heel veel! Bij naar schatting 1,2 miljoen Nederlanders heeft de huisarts artrose vastgesteld, twee keer zoveel vrouwen als mannen. Vermoedelijk hebben nog veel meer mensen de aandoening, zonder dat zij een officiële diagnose hebben gekregen. Meestal blijven de klachten beperkt tot een of enkele gewrichten. In ongeveer de helft van de gevallen zit de artrose in de knie. De pijn en stijfheid zijn het ergst als iemand na een periode van rust weer in beweging komt. In de ochtend hebben patiënten bijvoorbeeld vaak ‘startpijn’. Na het opstaan vermindert die over het algemeen binnen een half uur.”

4. Hoe ouder, hoe groter de kans?
“Artrose is inderdaad een ouderdomsklacht; verreweg de meeste patiënten zijn boven de 55 jaar. Maar je kunt ook op jongere leeftijd klachten als gevolg van artrose krijgen. Bijvoorbeeld als je er aanleg voor hebt, lichamelijk zwaar werk doet, je door een blessure schade aan een gewricht oploopt of je je gewrichten door intensief sporten buitensporig belast.”

5. Waarom hebben vrouwen er vaker last van dan mannen?
“Dat weten we niet precies. Het zou kunnen dat hormoonschommelingen invloed hebben op het slijtageproces. Daar moet nog meer onderzoek naar worden gedaan.”

6. Wanneer is het verstandig om met gewrichtspijn naar de huisarts te gaan?
“Als het gewricht waar je last van hebt gezwollen, warm en/of rood is. Of als de pijnklachten langer dan twee weken aanhouden.”

7. Kun je ervan genezen?
“Nee. Maar met de juiste aanpak zijn de klachten meestal wel goed te managen. Het allerbelangrijkste om te blijven bewegen. Patiënten durven dat vaak niet, uit angst voor pijn. Of ze vrezen dat ze het probleem erger maken. Het tegenovergestelde is echter het geval. Door te trainen, krijg je weliswaar geen kraakbeen terug, maar je kunt de spieren eromheen wel versterken. Dat komt de controle over het gewricht en de stabiliteit ten goede. Een fysiotherapeut kan je daarbij helpen. Houdt de pijn aan, dan kun je die bestrijden met paracetamol of een pijnstillende gel. In het ergste geval biedt een operatie uitkomst. Het aangedane gewricht wordt dan vastgezet in een goede stand, of vervangen door een prothese. Maar dat is een laatste redmiddel.”

8. Werken pijnstillende tabletten en smeersels even goed?
“(Huis)artsen schrijven bij artrose vaak langdurig ontstekingsremmende pijnstillers voor, zoals ibuprofen, diclofenac of naproxen — verzamelnaam: NSAID’s. Dat is echter zelden nodig, want artrose is zogezegd geen ontstekingsziekte. Die behandeling is bovendien niet zonder risico’s. NSAID’s kunnen bij langdurig gebruik namelijk allerlei nare bijwerkingen geven, zoals maagbloedingen en en nierproblemen. Beter is om bij aanhoudende pijn vier keer per dag een paracetamol te nemen. Voor veel patiënten biedt dat voldoende verlichting. Een alternatief is een NSAID-gel op het aangedane gewricht te smeren. Die werkt over het algemeen even goed als een NSAID in de vorm van een tablet of zetpil. De belangrijkste bijwerking van zo’n gel is irritatie of een allergische reactie van de huid. Je kunt paracetamol en een NSAID-gel ook in combinatie gebruiken.”

9. Heeft het zin om een brace te dragen?
“Bij artrose in de knie wordt het gewricht vaak minder stabiel. Het kan dan helpen om ter ondersteuning een kniebrace te gebruiken, maar alleen als je óók de spieren rond je knie traint om sterker te worden. Doe je dat niet, dan maakt een brace het gewricht alleen maar lui, met extra slijtage tot gevolg. Uiteindelijk ben je dan nog verder van huis.” 

10. Helpt een speciaal dieet tegen artrose?
“Helaas niet. Alleen bij jicht — een bepaalde vorm van reuma — kunnen sommige voedingsmiddelen zoals alcohol, vlees, vis of suikers, mogelijk een aanval (mede) uitlokken. Maar bij andere gewrichtsproblemen is er geen enkel bewijs dat een dieet klachten kan verergeren of juist verminderen.”

11. En een glucosaminesupplement?
“Glucosamine is een lichaamseigen stofje, dat in bijna al je weefsels voorkomt. Bij artrose lijkt een supplement met glucosaminesulfraat een mild pijnstillend effect te kunnen hebben. Ongeveer de helft van de patiënten heeft daar baat bij. Als je glucosamine wilt proberen, kies dan voor een supplement van 1500 mg — de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid. Gebruik dat gedurende drie maanden. Merk je geen verschil? Dan kun je ervan uitgaan dat het middel bij jou niet tegen de pijnklachten helpt.”

12. Kun je verder zelf iets doen om artrose te voorkomen?
“Met het ouder worden treedt er nu eenmaal slijtage op. Dat helemaal voorkomen lukt niet. Maar je kunt wel een aantal dingen doen om je gewrichten zo goed mogelijk te beschermen.

  • Blijf bewegen. Dat zorgt ervoor dat je minder stijf wordt. Het oude adagium ‘rust roest’ geldt bij  artrose zeker. Hoe minder je je gewrichten gebruikt, hoe erger de klachten worden.
  • Ga voor een gezond gewicht. Als je te zwaar bent, moeten je gewrichten meer kilo’s dragen met meer slijtage tot gevolg. Voor afvallen geldt: alle beetjes helpen. De belasting van heupen, knieën en rug neemt met een paar kilo al af.
  • Pas op met belastende sporten zoals volleybal en voetbal, waarbij je gemakkelijk letsel aan gewrichten kunt oplopen. Zulke schade kan artrose veroorzaken of verergeren. Wandelen, fietsen en zwemmen zijn juist goed voor je gewrichten.”

Gepubliceerd in Plus Magazine, januari 2019. (Illustratie: Coen Brader.)