Er zijn in Nederland meer dan een miljoen artrosepatiënten. En zo’n 850.000 mensen lijden hebben last van ernstige botontkalking, oftewel osteoporose. Ook reumatoïde artritis — ontstekingsreuma — komt veel voor: bij zo’n kwart miljoen Nederlanders. Een groot deel van al die mensen heeft (dagelijks) pijn. Hoe komt dat? En belangrijker nog: kun je er iets tegen doen?
ARTROSE
Wat is het?
Veranderingen in een of meerdere gewrichten. Een gewricht is een verbinding tussen twee botten. In je knie, heup, schouder en elleboog bijvoorbeeld. Maar je vindt gewrichten op veel meer plekken in je lichaam, zoals in je nek, rug, handen en voeten. De uiteinden van de botten die in het gewricht samenkomen, zijn bedekt met een laagje kraakbeen. Bij veroudering wordt het kraakbeen dunner en stugger. Daardoor bewegen de botten in het gewricht minder soepel langs elkaar. Het gevolg: wat stijfheid bij het opstarten, die door te bewegen verdwijnt. Dit natuurlijke proces kan versnellen of verergeren door schade aan een gewricht. Denk aan gescheurde enkel- of kniebanden, of een kapotte meniscus in de knie. Hoe dunner en stugger het kraakbeen is, hoe groter de kans op letsel waardoor het kraakbeen kapot gaat. In dat geval spreken we van artrose.
Wat veroorzaakt de pijn?
Bij artrose zijn dat de oneffenheden in het gewricht en eventuele chronische ontsteking. De belangrijkste klachten zijn pijn en stijfheid.
Wat kun je aan pijn bij artrose doen?
Met de juiste aanpak zijn de klachten meestal goed te managen. Het allerbelangrijkste is om te blijven bewegen. Patiënten durven dat vaak niet, uit angst voor pijn. Of ze vrezen dat ze het probleem erger maken. Het tegenovergestelde is het geval. Door te trainen krijg je weliswaar geen kraakbeen terug, maar je kunt de spieren eromheen wel versterken. Dat komt de controle over het gewricht en de stabiliteit ten goede. Een fysiotherapeut kan daarbij helpen. Houdt de pijn aan, dan kun je tijdelijk vier keer per dag een paracetamol nemen. Voor veel patiënten biedt dat voldoende verlichting. Een alternatief is om een pijnstillende gel op het gewricht te smeren. In het ergste geval biedt een operatie uitkomst. Het aangedane gewricht wordt dan vastgezet in een goede stand of vervangen door een prothese. Maar dat is een laatste redmiddel.
OSTEOPOROSE
Wat is het?
Veel mensen denken dat bot ‘dood’ materiaal is, maar niets is minder waar. Sterker nog, het proces waarbij oude botcellen worden afgebroken en nieuwe worden aangemaakt, gaat je hele leven door. Wel is het zo dat de balans tussen aanmaak en afbraak verandert. Tussen je 25ste en je 30ste is de botdichtheid het grootst. Daarna blijft die een aantal jaren stabiel. Na je 45ste neemt de aanmaak langzaam af en worden botten geleidelijk minder sterk. Op een gegeven moment slaat de balans naar de negatieve kant door en wordt er meer afgebroken dan erbij komt. Als dat proces van botontkalking ernstige vormen aanneemt en botten gemakkelijk breken, is er sprake van osteoporose. Zo’n 850.000 Nederlanders lijden daaraan, bijna allemaal 60-plussers. Twee derde weet dat trouwens niet. Ze komen er pas achter als ze iets breken – jaarlijks gebeurt dat bij 83.000 patiënten boven de 50.
Wat veroorzaakt de pijn?
Bij een kwart van de osteoporosepatiënten zakken de rugwervels in elkaar. Dat kan ernstige pijnklachten geven.
Wat kun je aan pijn bij osteoporose doen?
Door voldoende te bewegen, stimuleer je de botproductie. Op die manier houd je de aanmaak en afbreuk van botten zo lang mogelijk in balans. Daarvoor moet je dan wel regelmatig bewegen, bij voorkeur meerdere keren gedurende de dag. Alle inspanning telt mee. Dus niet alleen tennissen of naar de sportschool gaan, maar ook traplopen of stofzuigen. Hoe meer variatie, hoe groter het positieve effect op je botten. Wissel activiteiten waarmee je je botten belast, zoals wandelen of tuinieren, dan ook het liefste af met bewegingen waarbij je trekkracht op je botten uitoefent, zoals met gewichtjes trainen of roeien.
Verder is voldoende vitamine D en calcium belangrijk om je botten sterk te houden. De Gezondheidsraad adviseert daarom alle vrouwen vanaf 50 en alle mannen vanaf 70 jaar om een vitamine D-supplement te gebruiken. Kies bij voorkeur een supplement met vitamine D3, de actievere vorm van vitamine D. Als de botdichtheid heel laag is of iemand ingezakte wervels heeft, geven artsen vaak ook bisfosfonaten. Dat zijn medicijnen die de botaanmaak stimuleren. Ze verlagen de kans op een botbreuk en kunnen ook pijnklachten helpen verminderen.
[Kader]
Vrouwen hebben vijf keer zo vaak last van osteoporose als mannen. Dat komt omdat het proces van botafbraak tijdens de overgang in een stroomversnelling komt. Het vrouwelijke hormoon oestrogeen beschermt namelijk tegen botafbraak. Hoe jonger overgangsklachten starten, hoe groter de kans op latere leeftijd op osteoporose. Daarnaast hebben vrouwen sowieso al wat kleinere en minder sterke botten, wat ze extra kwetsbaar maakt. Ook mannen krijgen last van botontkalking, alleen begint het proces bij hen zo’n tien jaar later en verloopt het veel geleidelijker. Vandaar dat zij er minder snel problemen door krijgen.
REUMATOIDE ARTRITIS
Wat is het?
Reumatoïde artritis — ook wel ontstekingsreuma genoemd — is een auto-immuunziekte. Dat wil zeggen dat het afweersysteem ontregeld is. Het valt dan niet alleen indringers van buitenaf aan, maar ook het weefsel in de eigen gewrichten. Met chronische ontstekingen tot gevolg. Ook de pezen en slijmbeurzen in de buurt van het gewricht kunnen ontstoken raken.
Wat veroorzaakt de pijn?
De ontsteking en de mogelijke schade als gevolg daarvan. Meestal beginnen de klachten in de vingers en tenen. De aangedane gewrichten zijn niet alleen pijnlijk bij bewegen, maar ook in rust. Zonder behandeling kunnen gewrichten op den duur misvormd raken. Er ontstaan dan bijvoorbeeld knobbels door aangroei van bot. Maar door vroege herkenning en behandeling komt dat gelukkig nauwelijks nog voor.
Wat kun je aan pijn bij reumatoïde artritis doen?
In eerste instantie de pijn bestrijden met paracetamol of ontstekingsremmende pijnstillers, zogenaamde NSAID’s, zoals ibuprofen. Let wel: die laatste middelen geven regelmatig vervelende bijwerkingen, zoals ernstige maagklachten of nierproblemen. Bovendien beïnvloeden ze de werking van andere medicatie. Wees dus voorzichtig met het gebruik daarvan. Verder is het, net als bij artrose en osteoporose, belangrijk om te blijven bewegen.
Als vrij verkrijgbare pijnstillers onvoldoende uithalen, kan een reumatoloog krachtiger ontstekingsremmende medicijnen voorschrijven, speciaal ontwikkeld voor reumatoïde artritis. Sinds de introductie van deze Disease Modifying Antirheumatic Drugs (DMARD’s) in jaren ’80 en ’90 is de behandeling van reumatoïde artritis met sprongen vooruitgegaan. Ze zorgen er namelijk voor dat gewrichten minder snel of helemaal niet beschadigen, waardoor patiënten onder andere minder pijn krijgen. Hoe eerder je ermee start, hoe beter het resultaat. De bekendste DMARD is methotrexaat. De nieuwere soorten heten biologicals. Overigens kunnen DMARD’s ook nare bijwerkingen veroorzaken, zoals maag- en darmklachten, leverproblemen en een verminderde afweer.
[Kader]
Reumatoïde artritis geeft een verhoogde kans op hart- en vaatziekten. Bijvoorbeeld op een hartinfarct of beroerte. Daarom controleert worden patiënten ook regelmatig gecontroleerd op bloeddruk, bloedsuiker, nierfunctie en cholesterolgehalte om zo een inschatting te maken van het risico. Zo nodig krijgen ze extra leefstijladviezen en/of preventieve medicijnen, zoals bloeddruk- of cholesterolverlagers.
Met medewerking van orthopedisch chirurg Sjoerd Bulstra, hoofd van afdeling orthopedie van het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG).
Gepubliceerd in +Gezond, februari 2020. Foto: Ivan Samkov (pexels.com).