De Drentse ondernemer Diem Do (32) stampte in anderhalf jaar tijd vijf vestigen van CodeGorilla uit de grond. Het bedrijf stoomt mensen zonder werk in een paar maanden klaar voor een baan in de IT.
Het eerste wat opvalt als je de tweede verdieping van het kantoorpand aan het Groningse Kwinkenplein binnenstapt, is de stilte. In een grote ruimte zitten zo’n twintig jongens en mannen aan witte vergadertafels in opperste concentratie op hun laptops te werken. Sommigen hebben een koptelefoon op. Allemaal zijn ze donker gekleed. Vanuit een hoek van de zaal met uitzicht op de Grote Markt kijkt een levensgrote knuffelgorilla ogenschijnlijk geïnteresseerd toe. Af en toe wordt er zachtjes overlegd. Het is duidelijk: de programmeer-bootcamp waar deze trainees aan deelnemen, is een serieuze zaak.
Sinds de start van CodeGorilla in 2017 heeft oprichter Diem Do samen met haar medewerkers 66 junior developers opgeleid. Op zich niets bijzonders. Dat verandert als je weet dat de programmeurs bij aanvang allemaal langdurig werkloos waren. Bovendien volgden ze geen traditioneel, meerjarig scholingsprogramma, maar werden ze in slechts een paar maanden klaargestoomd voor een (vast) dienstverband. Het maakt het slagingspercentage van de aanpak des te indrukwekkender. In Emmen, waar CodeGorilla begon, vond ruim 70 van de deelnemers na afloop een baan. In Groningen — de tweede locatie — lag het percentage zelfs nog hoger.
Dat succes bleef niet onopgemerkt. Vanuit het hele land kwamen gemeenten en bedrijven kijken hoe Do in Noord-Nederland de langdurige werkloosheid weet terug te dringen en tegelijkertijd iets doet aan het schreeuwende tekort aan IT-ers. Zelfs vanuit het buitenland is er inmiddels interesse. Want waarom lukt Do wel waar anderen veelal in gebreke blijven?
Ondernemer
Bij haar geboorte hadden Do’s Vietnamese ouders nooit kunnen bedenken dat hun dochter 32 jaar later aan het hoofd zou staan van een snelgroeiende start-up met tien werknemers. Als katholieken, onderdrukt in het communistische Vietnam, vluchtten zij in 1985 per boot naar Hongkong. Na een gevaarlijke reis, waarbij ze van zee werden gered, belandden ze met Do’s oudere zus in een vluchtelingenkamp in Hongkong. Daar werd Diem in ernstige armoede geboren. “Ik heb zelf geen herinneringen aan het kamp”, zegt ze. “Maar mijn ouders vertelden dat ze er moesten bedelen om eten. Het is volgens mijn moeder de reden dat ik — zelfs voor Aziatische begrippen — klein ben uitgevallen.”
Vanuit Hongkong kwam ze met haar familie in een asielzoekerscentrum in Apeldoorn terecht. Ze herinnert zich nog hoe ze daar met z’n allen feestvierden toen Nederland in 1988 Europees kampioen voetbal werd. Na enkele omzwervingen kreeg het gezin een huis toegewezen in Emmen. Het was het begin van een gelukkige jeugd. “De opvang was zo liefdevol”, vertelt Do. “Vanuit de kerk werden we aan een gastgezin gekoppeld. Wim en Liesbeth hielpen mijn ouders met alles en stonden altijd voor ons kinderen klaar. Ze zorgden er bijvoorbeeld voor dat we met Sinterklaas cadeautjes kregen. Ik heb nog altijd contact met ze.”
Haar integratie verliep volgens Do moeiteloos. Op school en bij de lokale voetbalclub presteerde ze bovengemiddeld. Natuurlijk was ze ‘anders’ dan de andere kinderen. Maar gediscrimineerd voelde ze zich nooit. “De sfeer was toen veel gemoedelijker dan nu. Jaren later ben ik zelf als vrijwilliger bij vluchtelingenwerk aan de slag gegaan. Bij het begeleiden van nieuwe vluchtelingen, ondervond ik regelmatig weerstand bij bewoners uit de buurt. Wat dat betreft is de wereld wel veranderd. De acceptatie van toen is niet langer meer vanzelfsprekend.”
Ondanks haar hoge CITO-score kreeg Do, in tegenstelling tot klasgenoten, het advies om naar de mavo te gaan. “Misschien had dat toch met mijn achtergrond te maken”, peinst ze. ‘Hoe hoger je opleiding, hoe meer deuren er voor je opengaan’, zei een leraar daar tegen haar. Die uitspraak opende haar ogen. Vanaf dat moment had ze maar één doel: een master halen.
Via de havo en het HBO belandde ze bij de Universiteit Twente. Tijdens haar studie bestuurskunde namen haar zakelijke avonturen echter een enorme vlucht. Ze kwam voor de keus te staan: maak ik mijn opleiding af of ga ik helemaal voor het ondernemen? Het werd het laatste. Met pijn in haar buik deelde ze haar besluit met haar ouders. “Eén van de redenen dat zij zijn gevlucht, is om hun kinderen een beter leven te geven. Voor hen betekent dat: een vaste baan. Nog steeds vinden ze het moeilijk te begrijpen dat ik voor de onzekerheid van het ondernemerschap het gekozen. Toen ze onlangs voor het eerst ons kantoor in Groningen bezochten, geloofden ze pas echt dat het goed met me gaat.”
Drijfzand
De wereld een beetje mooier maken: dat is wat Do wil. Die drang loopt als een rode draad door haar werkzame leven en dat daarbuiten. Toen ze op de havo zat, werd Pim Fortuyn vermoord. Het jaar daarop brak de Irak-oorlog uit. Indrukwekkende gebeurtenissen voor een idealistische tiener. “Ik moest in actie komen, vond ik.” Ze werd politiek actief en ging in de jeugdraad van de gemeente. Tijdens haar studie werkte ze als vrijwilliger bij Vluchtelingenwerk. Ze organiseerde jarenlang zomerkampen voor de kerk. In 2016 stond ze met collega-ondernemer Alya Assen aan de wieg van de Emmense ‘Experimenteerbuurt’, een terrein waar bedrijven en particulieren letterlijk de ruimte krijgen om met innovatieve plannen aan de slag te gaan. Ondertussen zorgde ze er mede voor dat Growing Workplace (een flexwerkplek in Emmen met vergader- en ontmoetingsruimtes) uitgroeide tot een succesvolle broedplaats voor ondernemers.
“Allemaal ongelofelijk leuk werk waar ik veel voldoening uithaalde” aldus Do. “Maar geld verdiende ik er niet of nauwelijks mee. Ik moest dus op zoek naar een echte baan.” Het leek haar fantastisch om bij Catawiki te werken, het online veilinghuis dat in 2008 was opgezet door de Drentse ondernemers Marco Jansen en René Schoenmakers. “Ik keek enorm tegen die mannen op. Dat ze zo’n innovatief bedrijf waren gestart in het toch wat saaie Drenthe vond ik geweldig.” Maar op haar enthousiaste open sollicitatie kwam al snel een negatieve reactie. Ze hadden bij Catawiki vooral behoefte aan programmeurs. En programmeren kon Do niet.
Dan leer ik dat wel, dacht ze. Eén probleem: alle geschikte cursussen bleken in de randstad plaats te vinden. “Ik besloot dan maar zelf een programmeertraining te organiseren. Specifiek voor langdurig werklozen, want zo kon ik twee problemen tegelijk aanpakken.” Een investeerder die ze benaderde, vond het een geweldig plan. Maar niet in Drenthe. “‘In Emmen bouw je op drijfzand’, zei hij tegen me. Dat maakte me zo boos! Ik zou hem wel eens laten zien wat er hier allemaal kan.”
Granieten bestand
Do stapte met haar plan naar de gemeente Emmen. Daar hadden ze er wel oren naar. “Ze gaven me de helft van het benodigde geld en het ‘granieten’ bestand: mensen die langdurig in de bijstand zitten en die eigenlijk min of meer zijn opgegeven.” Voor haar eerste bootcamp selecteerde Do veertien uitkeringsgerechtigden van allerlei leeftijden met heel verschillende achtergronden. Hun enige gemene deler: hun interesse in IT. “Ervaring hoeven onze trainees niet te hebben. Het gaat erom dat ze van goede wil zijn. Ik geloof dat iedereen kan leren programmeren.”
Tot veler verbazing werd die eerste cursus een groot succes. In drie maanden leerden de deelnemers niet alleen veelgebruikte programmeertalen als PhP, html, CSS en JavaScript, ze kregen ook les in vaardigheden als communiceren, presenteren en solliciteren. Na afloop hielp CodeGorilla, zoals Do haar bedrijf inmiddels had genoemd, ze aan een stage. Een groot deel vond vervolgens een vaste baan. Sommigen bij lokale ondernemingen, anderen bij de overheid of grote organisaties als ING en IBM. “Veel bedrijven die IT-ers zoeken, vissen alleen in de relatief kleine vijver van HBO’ers”, aldus Do. “Zonde, want met onze aanpak tonen we aan dat er veel meer potentieel is.”
De bootcamp was zo’n succes, dat er al snel een tweede editie volgde. Toen Do er vervolgens de Social Impact Award mee won — de jaarlijkse prijs voor meest veelbelovende sociale onderneming van Noord-Nederland — kon ze op nog meer belangstelling rekenen. Een ambtenaar van de gemeente Heerenveen vroeg of ze voor heel Friesland bootcamps wilde organiseren. Zo gezegd, zo gedaan; in november startte in Leeuwarden de eerste Friese editie. Tegelijkertijd lanceerde CodeGorilla bootcamps in Enschede en Breda. “Mijn ambitie is om over vijf jaar een landelijke dekking hebben”, zegt Do. “Niet alleen voor uitkeringsgerechtigden, maar voor iedereen die wil meedoen.”
Vertrouwen
Daarmee komen we terug bij de hamvraag: wat doet Do anders dan al die ambtenaren bij gemeenten en het UWV? Hoe krijgt zij het voor elkaar om zogenaamde ‘onbemiddelbaren’ wél aan een baan te helpen?
“Het begint met een goede selectie”, zegt ze. “We laten geïnteresseerden thuis een aantal huiswerkopdrachten doen om te ontdekken of ze de IT echt leuk vinden. Zo ja, dan zetten we ze dertig uur bij elkaar om gezamenlijk een praktijkprobleem op te lossen. Tijdens zo’n hackathon kunnen we goed zien hoe gemotiveerd mensen zijn en of ze bijvoorbeeld kunnen samenwerken.”
Maar het allerbelangrijkste is volgens Do dat ze deelnemers serieus nemen. Vanaf de eerste dag van de bootcamp worden mensen aangesproken als ‘programmeurs-in-opleiding’. Iedereen krijgt een nieuwe laptop te leen en zo nodig de sleutel van het pand. “We vertrouwen erop dat trainees het goed doen, dat het ze gaat lukken. Dat werkt. Deelnemers zeggen dat ze zich — vaak voor het eerst in jaren — weer mens voelen. Dat ze weer meetellen. Het geeft ze vleugels. Bij één van de bootcamps hadden we een trainer die om zeven uur ’s ochtends wilde beginnen. ‘Lukt nooit met deze groep’, hoorde ik om me heen. Maar mooi dat iedereen er steeds op tijd was. Als je respect geeft, krijg je het ook terug.”
Dat heeft al tot heel wat mooie succesverhalen geleid. Een werkloze moeder met twee jonge kinderen rondde de bootcamp met succes af. Een jongen met RSI kreeg de kans om bij CodeGorilla met zijn stem te leren programmeren. Zijn doorzettingsvermogen bezorgde hem een baan, nog voordat hij de opleiding had voltooid.
Een belangrijke succesfactor is dat Do haar trainingen in samenspraak met het bedrijfsleven ontwikkelt. Daardoor sluiten ze optimaal aan op de praktijk. “Er worden momenteel massa’s MBO’ers en HBO’ers opgeleid voor banen die er straks niet meer zijn. Het onderwijs loopt dus constant achter de feiten aan. Wij kunnen snel schakelen. Friesland wil voortrekker worden op het gebied van cybersecurity. Prima, dan maken wij daarvoor een bootcamp-op-maat. Die flexibiliteit en de korte doorlooptijd van het programma zorgen ervoor dat we optimaal op de behoefte van de markt kunnen inspelen.”
Terugdoen
Do is dag en nacht met CodeGorilla bezig. Een sociaal leven heeft ze naar eigen zeggen amper. Pas sinds kort kan ze zichzelf een serieus salaris uitbetalen. Waarom heeft ze dat allemaal voor haar bedrijf over? “Ik heb zo’n mazzel gehad dat ik in Nederland ben opgegroeid. Dat ik de kans heb gekregen om me, ondanks mijn achtergrond, te ontwikkelen en te studeren. Daar ben ik iedere dag dankbaar voor. Op cruciale momenten heb ik een steuntje in de rug gehad. Van de mensen van de kerk, van docenten, van investeerders. Van mensen die in me geloofden, kortom. Nu wil ik graag iets terugdoen.”
Ze had natuurlijk een goed doel kunnen oprichten. Maar Do is er stellig van overtuigd dat ze met een sociale onderneming méér voor elkaar krijgt. “Om dingen op grote schaal en structureel te veranderen, heb je geld nodig. Vandaar ook dat we hard werken aan een gezond businessmodel. We willen niet afhankelijk zijn van subsidies of gulle gevers. Dat hoeft ook niet, want de wereld verbeteren en geld verdienen gaan prima samen.”
Plannen voor de toekomst heeft ze in ieder geval genoeg. Ze steekt haar internationale ambities niet onder stoelen of banken. Het liefst ziet ze CodeGorilla straks over de hele wereld terug. Vooral in achterstandsgebieden, waar IT’ers economische ontwikkeling in een stroomversnelling kunnen brengen. Verder wil ze dolgraag iets aan het Nederlandse onderwijs doen. Om te zorgen dat theorie en praktijk beter op elkaar aansluiten. En om meisjes vanaf jonge leeftijd te laten zien hoe leuk de IT is. “Als ik op scholen aan meisjes vertel dat ze zelf aan hun favoriete apps kunnen sleutelen, zie ik hun ogen oplichten. Ze zijn zich totaal niet bewust van de mogelijkheden.”
Nu de fundamenten van haar bedrijf staan, kan ze de praktische zaken gelukkig steeds meer overlaten aan anderen. “Misschien vind ik komend jaar eindelijk eens tijd om zelf onze bootcamp te volgen. Want hoewel het daar oorspronkelijk allemaal om te doen was, ben ik er door het succes van CodeGorilla nooit aan toegekomen.”
Paspoort
- Naam: Diem Do
- Geboren: 6 april 1986 in Hongkong
- Woonplaats: Emmen
- Opleiding: mavo, havo, HBO culturele maatschappelijke vorming, master bestuurskunde (net niet afgemaakt)
- Werk: oprichter en mede-eigenaar van CodeGorilla
- Privé: alleenstaand
- Bijzonder: won twee keer op rij de Social Impact Award, de prijs voor meest veelbelovende sociale onderneming van Noord-Nederland
Gepubliceerd in het Dagblad van het Noorden, zaterdag 1 december 2018. Foto’s: Marcel J. de Jong.